In 1990 had één op de tien 65-plussers n
In 1990 had één op de tien 65-plussers nog eigen tanden. In 2000 was dat één op vier en tegenwoordig is dat één op drie. Daarom zijn in verzorgings- en verpleeghuizen tandartsen onmisbaar leden van behandelteams. Waar het om gaat, is dat zij een individueel, tandheelkundige zorgplan maken, rekening houdend met de wensen van de patiënt.
Voor tandelozen, in vakjargon edentaten, gaat het om een goede gebitsprothese te behouden, instructies te geven aan de verzorgenden, paradontitis en mogelijke gevolgen van de vele medicatie voor het gebit te monitoren.
Bij patiënten met een eigen gebit is van belang om in overleg loszittende tanden en kiezen wel of niet te verwijderen en verzorgenden of mantelzorgers goede, eenvoudige poetsinstructies te geven. Al deze informatie pikte ik op tijdens het 25-jarig jubileumcongres van de Nederlandse Vereniging voor Gerodontologie (NVGd). Dat vond plaats op vrijdag 16 december 2011 in Doorn en trok zo’n 200 deelnemers. Ondergetekende zat het congres voor.
Creatief innoveren
Om bovenstaand dienstenpakket aan te bieden zijn de tandarts-geriaters creatief gaan innoveren in de afgelopen 25 jaar. De meesten doen dat één of twee dagen in de week. Sommigen rijden met een bestelbus rond in de regio, zoals in Midden-Brabant. Pakken hun stoel en apparaten uit en helpen de patiënten. Anderen hebben met kunst en vliegwerk eenvoudige apparatuur geregeld in een kamer van het verpleeghuis, die ook door bijvoorbeeld fysiotherapeuten wordt gebruikt. Weer anderen komen aan huis bij patiënten, zoals in Friesland. Soms werken mondhygiënisten zonder tandartsen in een verpleeghuizen. Zij hebben dan per mail contact met hun tandarts over diagnose, begeleiding en vullen van gaatjes. Dit is dan een vorm van telemedicine. Kortom er is passie om te innoveren.
Logistieke problemen
Tandartsen en mondhygiënisten voelen zich verantwoordelijk. Naast financiële problemen ervaren zij vele logistiek problemen: Soms zitten het weer of het verkeer tegen en komt de tandarts met zijn bus te laat. Een andere keer zijn er te weinig verzorgenden in het verpleeghuis beschikbaar om de patiënt naar de behandelkamer te brengen. Of de vrijwilliger die de patiënt zou rijden van huis naar de behandelunit in het verpleeghuis kwam niet opdagen.
Bron: dentalINFO